Uitkomsten Inspiratiesessie
Hoe organiseren instellingen onderwijsinnovatie en welke rol speelt evidence-informed hierin? Een interviewronde van de zone Evidence-informed onderwijsinnovatie met ICT geeft hier inzicht in. De zone brengt onder andere in kaart hoe binnen het hoger onderwijs evidence-informed gewerkt wordt bij onderwijsinnovatie met ICT. In het kader van de interviewsessie organiseerde de zone op 11 februari een inspiratiesessie voor de geïnterviewde sleutelpersonen en hun collega’s van twaalf instellingen. Tijdens de sessie stond onder andere het delen van de tussenopbrengsten van de interviewronde, het definiëren van evidence-informed werken en het verkennen van vervolgstappen centraal.
Presentaties en kennisdeling
De inspiratiesessie bestond onder andere uit inhoudelijke presentaties van lector Digitale Didactiek en zonelid Fleur Prinsen (Hogeschool Rotterdam) en junior onderzoeker Willemijn de Jong (Hanzehogeschool Groningen), die ingingen op de tussenopbrengsten en innoveren vanuit goede voorbeelden. Ook deelden deelnemers kennis via de chat, Padlet en Tricider. Allemaal rijk aan informatie, ideeën en goede voorbeelden.
Wat opviel is dat vooral het hoe van evidence-informed onderwijsinnovatie iedereen bezighoudt. Hoe kan de cultuur binnen een instelling veranderen? Hoe maak je evidence-informed werken toegankelijk voor docenten? Hoe deel je resultaten van een onderwijsinnovatie op een toegankelijke manier? En hoe kunnen instellingen en sleutelpersonen daarin samen optrekken?
Verkennen, verdiepen, verbreden, vertalen
De sessie startte met een verkenning van wat evidence-informed onderwijsinnovatie met ICT is of kan zijn. Uiteraard werd het raadplegen van onderwijsliteratuur of good practices genoemd, maar ook het zelf creëren van ‘evidence’ kwam voorbij. Dit kan door bijvoorbeeld zelf wetenschappelijk of praktijkonderzoek op te zetten, of door middel van evaluaties en reflecties van studenten en docenten. Methodisch te werk gaan is ook een vorm van evidence-informed werken, en het betrekken van docenten en studenten werkt om hen te enthousiasmeren en te overtuigen van het belang ervan.
Vervolgens spraken de deelnemers met elkaar over hoe deelnemende instellingen vormgeven aan evidence-informed onderwijsinnovatie. Willemijn interviewde sleutelfiguren van instellingen uit de zone hierover. Hieruit kwamen drie belangrijke bevindingen:
- Het belang van een (formele) instellingsbrede visie op evidence-informed onderwijsinnovatie;
- Onderzoek naar onderwijsinnovaties gebeurt in wisselende mate;
- Iedere instelling ervaart knelpunten in het evidence-informed werken aan onderwijsinnovatie.
Binnenkort start de tweede ronde interviews, waarin we belanghebbenden uit nog niet eerder geïnterviewde instellingen aan het woord willen laten. Ken je iemand die met evidence-informed werken bezig is binnen een hoger onderwijsinstelling? En wil je graag je ervaringen hierover kwijt? Laat het ons weten! Dat kan door contact op te nemen met Willemijn de Jong via w.d.de.jong@pl.hanze.nl.
Na de pauze introduceerde Fleur Prinsen good practices van evidence-informed onderwijsinnovatie met ICT. De functie van good practices maakt zichtbaar hoe je, in dit geval, bestaande kennis bruikbaar maakt voor (vertaling naar) de praktijk, hoe je ontbrekende praktijkkennis voor onderwijsvernieuwing identificeert en hoe je nieuwe praktijkkennis genereert. Om zulke goede voorbeelden helder in beeld te brengen, ontwikkelde de zone een template voor het delen van good practices. Het template helpt bij het zo compleet en relevant mogelijk maken van informatie. Ook heeft de zone acht ingevulde goede voorbeelden beschikbaar gesteld. Deze good practices varieren van het voorstellen van flankerend onderzoek tot aan het toepassen van een Blended Learning sjabloon.